Voorzang: Gez. 4:2
Ps. 33:3-4
Ps. 119:80
Schriftlezingen: Jesaja 11:1-5 en 1 Korinthe 2:6-16
Gez. 8
Ps. 143:4-10
Gez. 7:4
We ontvangen in deze leerdienst bijbels onderwijs aan de hand van artikel 11 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.
Thema: De Heilige Geest is echt en eeuwig God
Om (samen) te overdenken/bespreken
Vragen bij de NGB-preek:
1. Voor de kinderen:
– Wie is de Heilige Geest?
– Waarom heet Hij ‘Heilige’ Geest?
– Wat doet de Heilige Geest? Misschien kun je wel meerdere dingen noemen!
– Hoe weet je dat de Heilige Geest God is (net als de Vader en de Zoon)?
– Is de Heilige Geest er altijd al geweest en zal Hij er altijd blijven? Is Hij dus ‘eeuwig’?
– Wat merk je van (het werk van) de Heilige Geest in je leven?
– Als je bidt, wat kun je dan aan de Heilige Geest vragen?
2. Voor de jongeren:
– Probeer in dertig seconden ‘Heilige Geest’ te omschrijven/beschrijven. 😉
– Waarom zijn er mensen (geweest) die menen dat de Heilige Geest geen God en geen Persoon is?
– Waarom is het belangrijk/noodzakelijk dat de Heilige Geest wél God is, en dat Hij één van de drie goddelijke Personen (naast de Vader en de Zoon) is?
– En waarom is het belangrijk/noodzakelijk dat de Heilige Geest ook eeuwig God is?
– Hoe komt het denk je dat de Heilige Geest voor ons wat meer in de schaduw lijkt te staan dan de Vader en de Zoon?
– Wat merk je van (het werk van) de Heilige Geest in je persoonlijke leven? In de kerk/gemeente? En in de wereld?
3. Wat vertelt u aan iemand die niet vertrouwd is met het christelijk geloof over Wie de Heilige Geest is en wat Hij doet?
4. Welke Bijbelgedeelten kunt u aanhalen in gesprek met iemand die anders gelooft en belijdt t.a.v. het echt en eeuwig God-zijn, en het zijn van een Persoon, van de Heilige Geest?
5. Lees Exodus 31:2-4. Waar heeft de Heilige Geest volgens dit bijbelgedeelte ook Zijn ‘hand’ in? Kunt u hier een hedendaags voorbeeld van geven?
6. Wat wordt er in artikel 11 wel en niet bedoeld met ‘in orde de derde Persoon van de Drievuldigheid? Denk bijvoorbeeld aan begrippen als volgorde en rangorde.
7. Waarom is het geloven en belijden dat de Geest van de Vader én de Zoon uitgaat van zo’n groot belang?
8. Woont en werkt de Heilige Geest in úw hart en leven? Wat merkt u, en wat merken anderen daarvan?